Het eerste jaar met je eerste kind, een tijd vol ontdekkingen, avonturen, premières. Het eindeloze ‘niet weten’, verrast door intensiteit, verwachtingsvol over dat wat nog komt. Ontelbare eerste keren.
Zeven maanden lang genoten wij van maagdelijke eerste keren. Daarna kwam er een vleugje bij. Een vleugje dat zorgt voor nog meer bewuste aanwezigheid, maar met een bijsmaak. Een bijsmaak die verdrietig stemt.
De bijsmaak leert dat voor al die eerste keren ook een laatste keer bestaat. Het maakt dat je het moment wil vastgrijpen, de batterij uit de klok wil halen. Niet los wil laten. Je neus in zijn nek wil laten wonen.
Soms wil je de bijsmaak negeren, wegsturen, omdat het verdriet te intens is. Te realistisch. Ik weet niet welke smaak nodig is om de bijsmaak te neutraliseren.